Artikel 10:33

Deze afdeling is van toepassing indien een bestuursorgaan bevoegd is buiten administra­tief beroep een besluit van een ander be­stuursorgaan te vernietigen.

 

Dit artikel is met ingang van 1 januari 1998 ingevoerd bij wet van 20 juni 1996 Stb. 333 (wetsvoorstel 23 700)

[bron: PG Awb III, p. 485]

VO = VvW

Tekst RvS = VvW

VvW = Eindtekst [1A.2.2.1]

Memorie van toelichting

Dit artikel bevat een afbakening van de rechtsfiguur spontane vernietiging en geeft aan dat voor alle gevallen van spontane vernieti­ging deze afdeling van toepas­sing is. De andere mogelijkheid tot vernietiging door een bestuursorgaan, te weten vernietiging in administratief be­roep, is omschreven in arti­kel 1:5.
Aangezien buiten de gevallen, geregeld in deze wet, geen andere vormen van vernietiging door een bestuursorgaan bestaan, volgt uit de systema­tiek van de wet dat steeds wanneer een bestuursorgaan over een vernietigingsrecht met betrek­king tot besluiten van een ander bestuursor­gaan be­schikt, hetzij afdeling 7.2 over administra­tief beroep, hetzij deze afdeling van toe­passing is.
Voor het gebruik van de term «besluit van een bestuursorgaan» wordt verwezen naar de toelichting bij artikel 1A.2.1.1.
Hoewel de meest voorkomende vorm van spontane vernietiging thans de spontane vernietiging door de Kroon is, komt de bevoegdheid tot spontane vernietiging door andere bestuursorganen dan de Kroon ook voor. Wij wijzen bijvoorbeeld op  artikel 156 van de Waterschapswet dat de colleges van gedeputeerde staten de bevoegd­heid geeft besluiten van waterschapsbesturen te vernieti­gen wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Ook daarop behoren de in deze afdeling geformuleerde regels van toepassing te zijn.

Voorlopig verslag II

8.7 In de memorie van toelichting merkt de regering op dat spontane vernietiging door de Kroon verreweg het meest voorkomt. Kan uiteengezet worden voor welke andere toezichtsorganen de bepalingen inzake vernieti­ging bedoeld kunnen zijn, zo vragen de leden van de fracties van PvdA, VVD, SGP en GPV.

Nota naar aanleiding van het verslag II

8.7 Naar aanleiding van de vraag van de leden van de fracties van PvdA, VVD, SGP en GPV voor welke andere toezichtsorganen dan de Kroon de bepalingen inzake vernieti­ging bedoeld kunnen zijn, wordt verwezen naar het in de memorie van toelichting genoemde voorbeeld van de colleges van gede­puteerde staten die besluiten van waterschapsbesturen kunnen vernietigen wegens strijd met het recht en het algemeen belang. Een ander voorbeeld is te vinden in de Medi­awet, op grond waarvan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen een besluit van de Stichting Etherrecla­me tot vaststelling van de tarieven voor reclame­boodschappen kan vernietigen.

Share This