Artikel 4:22

Onder subsidieplafond wordt verstaan: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies krachtens een bepaald wettelijk voorschrift.

 

Dit artikel is met ingang van 1 januari 1998 ingevoegd bij wet van 20 juni 1996 Stb. 333 (wetsvoorstel 23 700)

[bron: PG Awb III, p. 195-196]

Voorontwerp

Onder subsidieplafond wordt verstaan: het bedrag of het aantal formatie-eenheden dat gedu­ren­de een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsi­dies krachtens een be­paald wettelijk voorschrift.

Tekst RvS = VvW

VvW = Eindtekst [4.2.1.2]

Memorie van toelichting

Deze bepaling bevat de definitie van het begrip subsidieplafond. Voor betekenis en functie van het subsidieplafond zij verwezen naar de toelich­ting bij afdeling 4.2.2.[1]
Het spreekt vanzelf, dat de categorie subsidies waarvoor een concreet subsidie­plafond geldt niet te ruim mag zijn. De vaststelling en bekendma­king van een subsidie­plafond maken het mogelijk een uit een wettelijk voorschrift voort­vloeiende aanspraak op subsidie te doorbreken indien de beschikbare middelen zijn uitgeput. Dat is een voor de burger ingrijpende bevoegdheid, waarvan de uitoefening in het belang van de rechtszekerheid aan objectieve criteria gebonden behoort te worden. Daarvan zou geen sprake zijn als het bestuursorgaan binnen een soort «all-in» subsidieplafond vrijwel onbeperkt middelen van de ene naar de andere categorie subsidies zou kunnen verschui­ven. Een zo ruim bemeten plafond zou de (potentiële) aanvrager ook onvol­doende informatie verschaf­fen over het bedrag dat beschikbaar is voor juist die activiteit die hij overweegt te ondernemen.
Daarom is bepaald, dat een subsidieplafond betrekking moet hebben op de verstrekking van subsidies krachtens een bepaald wettelijk voorschrift. Aldus wordt de noodzakelijke koppeling gelegd tussen de bron van het vertrouwen van de burger dat voor een bepaalde activiteit subsidie kan worden verkregen, en het instrument waarmee de burger wordt duidelijk gemaakt dat aan dat vertrouwen financiële grenzen zijn gesteld.

 


[1] Zie PG Awb III, p. 206 e.v..

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Share This