Artikel 8:63

1. Op het horen van getuigen en deskundigen is artikel 179, tweede en derde lid, eerste volzin, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van overeenkomstige toepassing. Op het horen van getuigen is artikel 179, eerste lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van overeenkomstige toepassing.
2. De bestuursrechter kan afzien van het horen van door een partij meegebrachte of opgeroepen getuigen en deskundigen indien hij van oordeel is dat dit redelijkerwijs niet kan bijdragen aan de beoordeling van de zaak.
3. Indien een door een partij opgeroepen getuige of deskundige niet is verschenen, kan de bestuursrechter deze oproepen. In dat geval schorst de bestuursrechter het onderzoek ter zitting.

 

Dit artikel is met ingang van 1 januari 1994 ingevoerd bij wet van 16 december 1993 Stb. 650 (wetsvoorstel 22 495)

[bron: PG Awb II, p. 458]

[Eindtekst] Artikel 8:63 [8.2.5.8]
1. Op het horen van getuigen en deskundigen is artikel 205, tweede en derde lid, eerste volzin, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvor­dering van overeenkomstige toepassing. 0p het horen van getuigen is artikel 205, eerste lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van overeenkomstige toepassing.
2. De rechtbank kan afzien van het horen van door een partij meege­brachte of opgeroepen getuigen en deskundigen indien zij van oordeel is dat dit redelijkerwijs niet kan bijdragen aan de beoordeling van de zaak.
3. Indien een door een partij opgeroepen getuige of deskundige niet is verschenen, kan de rechtbank deze oproepen. In dat geval schorst de rechtbank het onderzoek ter zitting.

Tekst RvS = VvW

VvW = Eindtekst

Memorie van toelichting

De rechtbank moet een middel hebben om door partijen meegebrachte of opgeroepen getuigen of deskundigen die naar haar oordeel niet aan de oordeelsvorming kunnen bijdragen, «buiten de deur» te houden. Het tweede lid voorziet daartoe in de mogelijkheid dat wordt afgezien van het verhoor van deze getuigen en deskundigen.

Dit artikel is met ingang van 1 januari 2002 gewijzigd bij wet van 6 december 2001 Stb. 581 (wetsvoorstel 27 824)(alleen eindtekst opgenomen)

[Eindtekst] Artikel 8:63, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In de eerste volzin wordt «artikel 205, tweede en derde lid» vervangen door: artikel 179, tweede en derde lid.
2. In de tweede volzin wordt «artikel 205, eerste lid» vervangen door: artikel 179, eerste lid.

Dit artikel is met ingang van 1 januari 2013 gewijzigd bij wet van 20 december 2012, Stb. 2012, 682 (Wet aanpassing bestuursprocesrecht; kamerstukken 32 450)

[Eindtekst] Artikel 8:63 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het tweede en derde lid wordt «rechtbank» telkens vervangen door: bestuursrechter.
2. In het tweede lid wordt «zij» vervangen door: hij.

VO = VvW

Voorstel van wet

Artikel 8:63 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het tweede en derde lid wordt “rechtbank” telkens vervangen door: bestuursrechter.
2. In het tweede lid wordt “zij” vervangen door: hij.

Memorie van toelichting

Zie Memorie van toelichting bij artikel 8:62.

Share This